Test: De BMW C Evolution, scooter, brommer, ???

foto: @kodel

foto: @kodel

Gisteren (zaterdag 20 september) had ik de eer en het genoegen om de elektrische scooter van BMW, de C Evolution aan de tand te voelen. Na het optrekken van de ochtendnevel gaf ik de GS Adventure de sporen richting BMW Brand store in centrum Brussel. Dat is geen ordinaire showroom maar een heus retail concept waar je je kan onderdompelen in het merk BMW, van accessoires tot topmodellen in zowel het motor als auto gamma. Een antieke boxer kijkt er loensend naar de vleugeldeuren van een i8 die tegen de achtergrond van een mega-flatscreen staat te blinken. Zeker eens langs gaan daar op de Waterloo Laan terwijl de minder motorminnende familieleden je Visa-kaart pluimen in de luxe winkels verderop.

Maar, wij (ikzelf en vier andere twitterende en bloggende medemensen - Koen - Gudrun - Kristof en Jan alias JeanLeMotard) kwamen dus voor de elektrische scooter van BMW. Na een korte inleiding en beschrijving van de route trokken we naar de kelder om plaats te nemen op wat er uit ziet als een flashy versie van de ondertussen bekende C600 Sport Maxi Scooter. Maar deze tweewielers hebben dus een elektrische motor en vooral heel veel batterijen aan boord. Het is even wennen wanneer je je tweewieler start en je hoort niets, en vervolgens geen gas moet geven maar 'stroom'. Nog meer wennen is het als je bij de eerste stop de linker hendel stevig aantrekt en blijkt dat dat geen koppeling is maar de achterrem.

Onze voorrijder (die geen scooter meer had, dus even op pad ging met mijn GS) schiet de kleine ring op en hop daar gaan we. 'Gas' open en de elektroscooters schieten vooruit als pijl uit een boog. En dat bijna compleet geruisloos. Enkel wat gezoem en het rollen van de banden zijn te horen, voor de rest blijft het muisstil. We hebben het niet getest maar de indrukwekkende acceleratie laat ongeveer alles met een verbrandingsmotor achter zich. Op basis van onderstaand YouTube filmpje schat ik dat je binnen de 5 seconden aan 100km/u zit. Eerder deze week mocht ik al een Tesla aan de tand voelen en het gevoel is vergelijkbaar. Deze prestatie is des te indrukwekkender als je weet dat de e-scooter zo maar eventjes 265 kilogram weegt, meer dus dan mijn BMW R1200GS Adventure. Dat voel je echter helemaal niet als je ermee rijdt, wel bij het rechtzetten van de pikkel, het 'te voet' manouvreren en een beetje bij het remmen. Te voet de scooter verplaatsen is eigenlijk overbodig, de elektromotor laat zich heel fijn bedienen waardoor je stapvoets kan bewegen, zowel voorwaards als achterwaards (handig!). Stapvoets rijden (dus zonder de voetjes aan de grond) lukt trouwens ook heel goed dankzij het laag zwaartepunt van de scooter. De batterijen zitten helemaal onderaan en daarbovenop klotsen die niet zoals benzine in een tank. Dat maakt dat je op elk moment, traag of snel, rechtdoor op in een bocht op een extreem stabiel voortuig zit. Geen verassingen, en als de bocht of het verkeer je toch verrast dan is er altijd een massa power aanwezig om je route te corrigeren. Enkel bij het diep in de remmen duiken laat het gewicht zich nog even voelen door een lichte trilling in de remmen.

Om tot stilstand te komen kan je twee hendels op het stuur gebruiken maar na een tijdje ga je dat minder en minder doen. Bij het lossen van de gashendel (ik krijg het woord 'stroomhendel' echt niet uit mijn keybord gewrongen) vertraagt de scooter alsof je licht remt en de hiermee opgewekte energie laadt je batterij opnieuw op. Hoeveel je precies remt hangt samen met de rijmodus die je koos: Road (normaal), EcoPro (zuinig dus minder snel accelererend en optimaal recupererend), Dynamic (plezant en straf afremmend) of Sailing (waarvan het nut mij niet duidelijk is, bij het uitbollen rolt de scooter gewoon door zonder recuperatie en dus zonder extra vertraging). Met wat oefening gebruik je op den duur nog nauwelijks de rem waardoor je zowel remblokjes als energie spaart. En het is ook nog eens lekker ontspannend rijden. Driedubbele win dus.

Na ongeveer anderhalf uur stads- en stadsrand verkeer komen we terug aan de brand store. We hebben ongeveer 36 kilometer gereden en mijn scooter staat op 63%. De theoretische actieradius van 100 kilometer per laadbeurt (kostprijs ongeveer 2 euro aan elektriciteit!) lijkt dus te kloppen. Wie echter droomt van een pendelen tussen Brussel en Oostende is er aan voor de moeite. Je trekt heel vlot naar de 120 kilometer per uur (dat is meteen het begrensd maximum) maar tegen die snelheid hou je het maar 50 kilometer vol. De C evolution is dus een echt stadsvoertuig.

Samengevat: super stabiel, stil, super dynamisch, keiplezant om mee te rijden, ziet er cool uit (voor wie van moderne scooter houdt), verbruikt heel weinig en is heel milieu vriendelijk. Direct kopen dus? Ja, als je vooral in om de stad rondtoert en vooral als je de aankoopprijs van 15 500 euro niet te veel vindt. Want dat is waarschijnlijk nog de grootste rem op een gigantisch verkoopsucces.

Te Koop: Klassieke Email Mugs met leuke reisquotes

 
 

Neem een kopje nostalgie met melk en suiker. Onze nieuwe collectie reis-mugs geeft een gezellig tintje aan je ontbijt en is robuust genoeg om mee te gaan op kampeeravonturen. De inspirerende of grappige reisquotes op de tassen zorgen ervoor dat je dag steeds goed begint.

Kies je favoriete reisquote of slogan.

Heb je zelf een idee voor een leuke tekst voor op deze kampeer mugs, of wil je een van de quotes op een ander artikel (t-shirt, sweater, pet of wat je maar kan verzinnen, geeft ons een seintje en we maken voor jou een versie op maat zonder extra kosten.

Petisuix: 4X4 overland camper op basis van een Zwitserse legertruck

Petisuix: 4X4 overland camper op basis van een Zwitserse legertruck

Sinds de overland reis microbe mij te pakken heeft blijf ik zoeken naar het ultieme reisvoertuig. De Mercedes G-klasse was een flinke upgrade tegenover de BMW Motorfiets met een tentje, maar voor reizen in de winter en écht ver trekken blijft zo’n daktent toch wel behelpen. Ook sanitair is niet zo gemakkelijk mee te nemen onderweg. Geleidelijk groeide de zin om een echte “OVERLAND TRUCK” uit te bouwen. Tot we in 2019 een Saurer 6DM kochten van het Zwitsers leger.

Read More

De bron van de Marne, en waarom de Seine niet door Parijs loopt.

IMG_3769.JPG

In Noord-Oost Frankrijk, aan de rand van het plateau van de Langres ontspringt de langste rivier van Frankrijk: De Marne. Het moet gezegd, de lokale gemeenschap is trots op haar bron en rivier en ze hebben dan ook uitgebreid de moeite genomen om de bron geologisch te documenteren.

“Marne” in het Frans betekent mergel, en het is het water dat door de kalkgrond sijpelt en in de mergel terecht komt dat tal van ondergrondse stroompjes ontstaan en vervolgens samen de Marne vormen. Vanaf de bron tot Parijs stroomt de Marne maar liefst 500 kilometer, waar ze samen vloeit met de Seine. En daar zit een kleine frustratie bij de trotse Marne-fans. Wanneer twee rivieren samen vloeien dan krijgt het vervolg traject de naam van de tot dan toe langste rivier, zo werkt dat in aardrijkskunde. In die logica is het dus eigenlijk de Marne die door Parijs stroomt en verder naar de zee. Maar de iemand heeft daar dus ooit anders over beslist.

Embed Block
Add an embed URL or code. Learn more

Deze bron is echt wel een leuke bestemming voor een tripje. Niet zo veraf en de omliggende streek is ook al een bezoek waard. Er is een ruime parking voorzien, en je krijgt allerhande educatieve plaatjes te zien over de geografie van de bron, en hoe de streek een soort drie-stromen-punt is waar grote stroomgebieden van Europa samen komen.

Hier nog een aantal foto’s om en rond de bron van de Marne:

De bron van de Cher, de kleine zus van de Loire

IMG_9796.JPG

De Cher is zo’n beetje de kleine zus van de Loire. Wie als eens de beroemde kastelen van de Loire ging bezoeken die kwam mogelijks ook terecht bij de Cher, want de twee rivieren lopen een tijdlang parallel en ook langs de Cher liggen een pak kastelen. Finaal mondt de Cher ook uit in de Loire, de zussen komen in Tours samen.

Ook de bronnen liggen liggen min of meer in dezelfde streek, de Auvergne, een dikke 250 kilometer uit elkaar. De Cher ontspringt ergens in de Noordelijke uitlopers van de Auvergne, bij zo’n typisch ingeslapen Frans dorpje: Mérinchal. Even buiten het dorp langs een zijweg ligt er een weide waar een aantal beekjes samen de bron van de Cher vormen.

Embed Block
Add an embed URL or code. Learn more

Geen grote avonturen dus rond de bron van de Cher, maar zeker een ommetje waard als je in de buurt bent. Je rijdt er langs de mooiere plattelandswegen van Frankrijk. Geen race-circuit met overzichtelijke bochten, eerder iets om met de 2PK te doen en te genieten van het landschap.

Je krijgt alvast een beeld van de omgeving in deze video:

Meer foto’s van de bron van de Cher:

De bron van de Dordogne en de vreemde oorsprong van haar naam

IMG_9721.JPG

De Dordogne is bij Frankrijk reizigers een bekende naam. Natuurlijk omwille van de rivier, maar waarschijnlijk nog veel meer omdat de Dordogne streek een populaire vakantie bestemming vormt. Een eind daarvandaan in de Auvergne, niet zo ver van Clermont-Ferrand, ligt dan weer de bron van deze river maar het is geen bron zoals alle andere …

De Auvergne is op zich al een bijzondere streek, zo’n beetje het dak van centraal Frankrijk. En als je hoog genoeg gaat dan kom je in skigebieden terecht. Het is op zo’n ski-berg dat de Dordogne haar oorspong vindt.

Het was nochtans hoog zomer toen we met de motor de Mont-Dore opreden, op zoek naar de bron van de Dordogne. Toch was het behoorlijk fris, we zitten rond de 1400 meter hoogte en komen aan bij het basis station van een skipiste. Daar stroomt de Dordogne de berg af, maar de bron ligt blijkbaar wat hoger op de pistes. Els geeft er de voorkeur aan wat te schuilen tegen de koude bij het dalstation (dat in de zomer natuurlijk gesloten is) en ik stap in volle motoroutfit de groene pist op. Groot is mijn verbazing als ik zie dat de beginnende rivier zich in twee splits aan de rand van de skipiste, of beter gezegd, als blijkt dat de Dordogne eigenlijk ontstaat door de samenvloeiing van twee mini-riviertjes: de Dore en de Dogne. En daarmee is meteen ook duidelijk waarom dit de Dordogne is.

Bekijk de video hieronder voor beelden en mijn professionele uitleg :)

Meer foto’s van de bron van de Dordogne:

De Vogezen, naast een motorparadijs ook een 4x4 speeltuin?

De wetgeving Frankrijk is duidelijk en tegelijk onduidelijk. Op de website van de lokale overheid in de Vogezen zegt men dat je overal mag rijden waar dat voorzien is voor normale auto’s. Dus niet op wandelpaden of gewoon door het bos of weiden. Nu liggen er in de bosrijke Vogezen een pak ‘boswegen’ die je als een weg kan aanzien, maar ook kunnen geïnterpreteerd worden als dienstweg voor de overheid, landbouw of bosbeheer. En er zijn geen borden die dat aangeven. In de praktijk kan je dus wel wat gaan exploreren, zolang je maar een beetje beleefd blijft, de natuur respecteert en niet de gekste paden opzoekt. Onderstaand filmpje is een voorbeeld van een fijne bosweg waarvan je naar mijn aanvoelen perfect kan argumenteren dat het een openbare weg is. Die staat trouwens ook aldus aangegeven op deze kaart, het zwarte lijntje links in het midden dat eindigt bij Le Fiadin. En zo liggen er nog honderden in die streek. 

Ervaringen met allroad of 4x4 rijden in de Vogezen? Laat zeker een commentaar achter. 

Daktent tips uit de praktijk

Daktenten worden steeds populairder en over de keuze van de ideale tent is al veel geschreven. Hier willen we graag twee ervaringen delen met één van de toptenten op de markt: de Maggiolina van Autohome. Dat is de originele, verticaal openende daktent van het Italiaanse merk, met schaar mechanisme. De belangrijkste reden om dit model te kiezen voor ons was de mogelijkheid om een versie van 220cm lang te kopen, wat betekent dat je zelfs met 1,90 meter comfortabel kan slapen.

Toen we vorig jaar routes gingen verkennen in Schotland verloren we echter onderweg de hendel om de tent open te draaien. Hoe kan dat gebeuren? Bij het sluiten van de tent draai je die naar beneden tot op een paar centimeter, je stopt de tentstof die wat uitpuilt mooi naar binnen, draait helemaal dicht en doet nog eens je ronde om de klemmen vast te zetten. Terwijl je dat doet laat je de hendel op de tent zitten want het gebeurt regelmatig dat je nog eens wat moet bij draaien om de klemmen dicht te krijgen. Bij de laatste ronde, als alles mooi dicht is en je klaar bent om te vertrekken, vergeet je gemakkelijk de hendel af te nemen en weg te stoppen. Dat gebeurde ons onderweg naar Schotland. De daarop volgende dagen was het behelpen met een dikke schroevendraaier tot een behulpzame Schot voor ons een voorlopige hendel in elkaar zette. Terug thuis gekomen bestelden we bij Autohome een nieuwe hendel, maar die bleek niet meer te passen omdat de gleuf in de as van het schaar mechanisme open geduwd was met de schroevendraaier. Dus, alle reden om die hendel NIET te verliezen. De oplossing? Ik kreeg van een vriend een originele ‘remove before flight’ banner (van een vliegtuig). Die hangt nu met een clip aan de hendel via een gaatje dat ik geboord heb. Als de hendel in gebruik is hang ik de banner aan het stuur. Op die manier hopen we die dus nooit meer te vergeten.

Als je ooit al een originele hendel zag dan zal je al gemerkt hebben dat deze op de foto een stuk langer is. Een vriend heeft die verlengd en meteen het gat in de buis wat groter gemaakt (omwille van het open duwen van de gleuf door de schroevendraaier). Omdat we ondertussen een grotere luifel hebben geïnstalleerd botste de normale hendel tegen de luifel. Met deze verlengde versie passeert alle opnieuw perfect.

Overweeg je de aankoop van een daktent, of heb je er net eentje op je reismobiel gezet? Bedenk dan iets om de hendel niet te verliezen, en hou rekening met de positie van een luifel.

FullSizeRender.jpg

Terug naar de beschaving / Ilomantsi - Savonlinna

IMG_0581.PNG

Het heeft hard gewaaid en geregend vannacht, dus besluiten we ons ontbijt in Ilomantsi te gaan zoeken. Daar hebben vanop de watertoren trouwens nog twee typische kerkjes gespot die we willen gaan bezoeken. Het ontbijt in de lokale eetplek (wat ze in de V.S. een Diner zouden noemen) is een ware onderdompeling in lokale cultuur. Slappe koffie naar believen, pretzels en lokaal briochebrood die massaal verkocht wordt aan de lokale klanten. Terwijl we plannen maken voor de rest van de dag druppelt een gelagzaal aan de zijkant vol met ouderlingen. Twee dames die moeilijk te been zijn komen aan met wat je best kan omschrijven als en kruising tussen een rollator en twee steppen. Om 11u30 wordt alles duidelijk als het buffet geopend wordt. In Finland kan je ’s middags lekker en goedkoop eten in buffet formule, en daar zat de lokale gepensioneerden club dus op te wachten.

Het klooster van Valamo verhuisde in 1940 naar Finland, daarvoor lag het op een eiland in het Ladoga meer in Rusland. Dit deel van Finland voelt ondertussen echt even veel Russisch aan als Fins. Het klooster is niet het stukje bestofte geschiedenis dat we in Belgische kloosters kennen, maar een echt bedevaartsoord waar pelgrims komen bidden, souvenirs kopen en smakelijk eten van het middagbuffet. Een Finse traditie die we ondertussen met plezier overnemen.

In de late namiddag komen we aan in Savonlinna, het eerste échte stadje sinds lang. Terwijl we een biertje drinken op een terras zien we mensen voorbij wandelen in smoking en avond kledij. Dat heeft alles te maken met het Europees Operafestival dat in hier plaats vindt. Later zullen we horen dat President Poetin onverwacht zijn opwachting maakte op het festival, en daarbij naliet de Finnen te feliciteren met hun 100jarige onafhankelijkheid. Dat Poetin zo maar met zijn helikopter ergens kan neerstrijken in Finland en zijn zin doen stoort de Finnen mateloos en is meteen een illustratie van de spanning die in die regio groeit. Reden genoeg blijkbaar om de atoomschuilkelders uit de koude oorlog terug af te stoffen, zo vertelt ons een Finse.

Oog in oog met een eland, Russen en Finse wijn / Kuhmo - Ilomantsi

IMG_0580.PNG

De Noren hebben mij op deze en ook vorige reizen al flink gepest met talloze borden die waarschuwen voor overstekende elanden, maar in tegenstelling tot rendieren zagen we geen enkele van die reuze viervoeters. Tot we vandaag ergens in de eindeloze Finse bossen een statige dame zien staan langs de kant van de weg. Mevrouw eland kijkt ons nobel aan en wandelt vervolgens het bos in om daar nog even halt te houden voor een laatste foto-pose. Een magisch moment die mij toelaat ook dat puntje af te vinken van de bucket list.

In Noorwegen lieten we de effectieve Noordkaap aan ons voorbij gaan, maar het meest Oostelijke punt van Europa laten we niet zo maar passeren. Eerst slaan we nog wat proviand in en bezoeken we de design kerk van Pielisjärvi en vervolgens duiken we weer de wildernis is richting Zuid-Oost. Hattuvaara is het doel, een onooglijk dorp waar een onverharde weg ons opnieuw naar de Russische grens brengt. We zitten aan de meest Oostelijke grens en midden in een meer (waar anders?) ligt een eilandje met grenspalen erop. Rood-groen voor de Russische kant, wit-blauw voor de Finse kant. Voor dit verlaten toeristische plekje werd een uitzondering gemaakt in de strikte 'no go zone', waardoor je de grens ook echt ziet. Er naartoe zwemmen of varen is dan weer strikt verboden. Zoals alle plekken in deze categorie is er verder niet veel te beleven, dus draaien we om en zetten we koers naar het Zuiden op zoek naar een slaapplaats.

Wat research ‘on the go’ leert ons dat er in dit deel van Finland zowaar wijn gemaakt wordt. Dus gaan we in Ilomantsi op zoek naar het proeflokaal van de "Hermann Winery”. Wie nu denkt: "Druiven kweken in Finland, no way!” kan ik gerust stellen, Hermann maakt wijn uit fruit. Wat we te drinken krijgen is dan ook eerder een soort veredeld en alcoholisch fruitsapje. De locatie maakt echter alles goed, we bevinden ons hoog boven de grond in een watertoren met dus een fenomenaal zicht op de omgeving, tot in Rusland. 

Het is ondertussen bijna zes uur en net buiten het stadje ligt een soort recreatiegebied met meerdere campings. We rijden op goed geluk de eerste camping op en zien een compleet leeg terrein. Navraag bij de beheerders maakt ons niet veel wijzer want moeder spreekt enkel Fins en Russisch en de tiener dochter komt er aan te pas om ons de weg naar de toiletten, douche en sauna te wijzen. We kiezen de mooiste hoek van het terrein, vlak bij het meer en zetten ons kamp op koken een lekker potje.

Kunst en Oorlogsgeschiedenis / Ruhtinaansalmi - Kuhmo

fullsizeoutput_4c53.jpeg

Vandaag liggen er twee eerder ongewone toeristisch attracties op onze route. In de voormiddag duiken er plots duizend (1000!) rustige mensen op langs de kant van de weg. Geen echte mensen maar ‘Hiljainen Kansa’ of ‘silent people’, een installatie van kunstenaar Reijo Kela net buiten Suomussalmi. Het zijn eenvoudige houten kruisen met een kluit turf erop (als hoof en haar tegelijk) en aangekleed door de lokale scholieren met tweedehands kledij. Een bevreemdende plek die uitnodigt om te veel foto’s te maken die nooit écht de sfeer zullen capteren.

Na de middag wordt onze aandacht getrokken door 17.000 stenen met in het midden een monument met 105 klokjes. Eén steen voor elke gesneuveld soldaat in de Winteroorlog van 1939-1940 bij Suomussalmi, één belletje voor elke dag strijd. Het Talvisodan Monumentti (Winteroorlog monument) ligt achter een druk bezocht oorlogsmuseum met lunch restaurant en gidsen in vlot Fins. Zeker de moeite om te bezoeken maar de uitleg moet je dus zelf verzinnen (tenzij je de Finse taal machtig bent).

De slag speelde zich vooral af rond de weg vanuit Rusland naar Suomussalmi, en die weg nemen wij richting een eerste ontmoeting met de Russische grens. Bij het veel minder druk bezochte grenshuisje krijgen we een zicht op het leven van een grenswachter in de jaren 30 en een sappig verhaal over de Amerikaanse fietser die dacht zo maar even in de bossen rond de grens te kunnen gaan rondtoeren. De grenszone is 1km breed aan Finse kant, en 10km aan de Russische kant. De wielertoerist mocht zijn tochtje bekopen met 3 dagen cel in Rusland en een fikse boete bij zijn terugkeer in Finland. We blijven dus wijselijk aan deze kant van slagboom.

Om de overload aan bossen nog wat op de spits te drijven kiezen we voor en een shortcut die ons 20km bespaart én over een ongedocumenteerde onverharde houthakkers wegen brengt, richting Kuhmo. Dit verder tamelijk rustig dorpje ligt in het hart van Karelië en is de thuis van het bekendste Finse gedicht, de Kalevala. Er vind in Kuhmo ook een beroemd klassiek ruzie festival plaats, maar dat hebben we met een week gemist.

Go East! / Rovaniemi - Ruhtinaansalmi

fullsizeoutput_4c52.jpeg

Bij een vorige (motor)reis door Frankrijk heb ik een fascinatie voor messen opgedaan. We kunnen Rovaniemi dan ook niet verlaten zonder een bezoek aan het museum van de bekende Finse messen fabrikant Martiini. Met een uniek stuk gemaakt voor 100 jaar Finland, een praktisch traditioneel mes voor dagelijks gebruik, een utilitair broodmes dat past in onze auto-keuken én twee rendierhuiden verlaten we de stad. De logische keuze zou zijn om naar West Finland te gaan, waar de Finnen genieten van een vakantie aan zee. Maar we zijn niet op reis om de platgetreden paden te kiezen, dus zetten we koers richting Russische grens. 

In de Provence ga je op zoek naar lokale marktjes, in Finland is er om de 300km wel een lokaal evenement. Live accordeon muziek, de visclub die het vel van een ter plekke geschoten beer verkoopt, handwerkstandjes en … een competitie 'kerstsok werpen'. Welkom in Oost Finland.

Bossen en meren volgen elkaar op, ze tellen zo geen enkele zin hebben. Maar met acceptabele temperaturen, en de talloze pittoreske plekjes (die ik op voorhand op Google gespot heb) stijgt goesting om te gaan wild kamperen. De G is er helemaal klaar voor en we hebben onderweg een heerlijk stuk zalm en verse groeten gekocht. Maar het legendarisch ‘je kan overal wild kamperen in Scandinavië’ blijkt toch iets minder evident te zijn. Je wil niet kamperen langs een hoofdweg, en als er al een onverhard weggetje loopt naar een plek aan een meer, dan staat daar gegarandeerd een vakantiehuisje van één of andere Fin. En de regel zegt dat je een eindje (150m) van de bebouwing moet blijven. In de praktijk blijkt een kampeerplek vinden in deze regio bijzonder moeilijk. En daar was het dan, aan het eind van een verlaten pad bij een rivier, een prachtig plekje om ons kamp op te slaan. 30 seconden later zitten we terug in onze trouwe vierwieler, een overmacht aan muggen, midgets en ander stekend ongedierte jaagt ons naar de dichtst bijzijnde kamping. Campings in Scandinavië hebben niet alleen propere douches, ze zijn vooral uitgerust met een “mosquito magnet”, een soort gigantische stofzuiger die tegelijk muggen lokt met een ‘mensengeurtje’ (http://www.mosquitomagnet.com/).

De dag van het albino rendier / Enontekiö⁩ (Hetta) - Rovaniemi

fullsizeoutput_4c51.jpeg

We trekken verder door Lapland waar buiten natuurwandelingen niet zo veel te beleven is. De kortste weg blijkt op een kleine 100km onverhard te bestaan, altijd leuk als je er de juiste auto voor hebt. We komen op onze rit nauwelijks andere auto’s tegen. Nu we onze persoonlijke Noordkaap gerond hebben en terug richting Zuiden rijden, daalt er een soort rust over onze reis neer. Niets hoeft nog, uren door de eenzame bossen rijden wordt een soort meditatief mantra. Steeds alert voor rendieren en stil hopen een echte eland te zien. De CD lader heeft het ondertussen opgegeven, dus rij ik de toon van de zingende rollagers en differentiëlen. Rust.

Onze volgende overnachtingsplek bevind zich in Rovaniemi aan de oever van de Ounasjoki. Vreemd om hier vanuit het Noorden te komen aan rijden. Dit stadje is bij de meeste mensen bekend als woonplaats van de kerstman, en het meest Noordelijke waar ze ooit zullen komen. We zitten nu ongeveer terug op de poolcirkel met een streepje zon en temperaturen rond de 14 graden. Dus kan er terug gekampeerd worden, varkenshaasje op de BBQ en gezellig slapen in de ‘G’.

Overlanding door Lapland / Tromso - Enontekiö⁩ (Hetta)

fullsizeoutput_4c50.jpeg

Nog even de voorraad water aanvullen in de keuken van het hotel, en dan naar de andere kant van de stad om te tanken en Lapland in te trekken. De GPS stuurt ons door de hoofdstraat van Tromso en laat ons plots een soort parkeergarage in duiken. Ik twijfel even of de ‘G’ met ONAK kano op het dak wel binnen zal geraken, maar veel tijd om te twijfelen is er niet. Honderd meter verder blijkt dat dit de tunnel is naar de andere kant van de stad. Het wordt wat minder evident als we nog wat verder op een rond punt stuiten … We slaan links af op goed geluk, want een GPS werkt niet midden in een berg, om vervolgens opnieuw op een rond punt aan te komen … Na wat zoeken komen we dan toch aan de andere kant van de berg uit. Verdwalen in een berg, er is voor alles een eerste keer.

Na 2000 kilometer op Noorse wegen hebben we ontelbare waarschuwingsborden gezien voor overstekende elanden, maar nog nooit een echte Eland. En nu zijn we midden in Lapland aanbeland, op de grens met Finland, een gigantisch gebied waar de Lappen waken over vrij rondlopende kuddes rendieren. We zijn dan ook nog maar net de grens over als zo’n eerder klein beest met een enorm gewei rustig over de weg slentert. Aan auto’s wordt geen aandacht besteed, massa’s tijd dus om de familie van Rudolf te fotograferen.

We zitten nog steeds ver boven de poolcirkel en campings zijn dun gezaaid, dus kiezen we voor een hytte in Hetta (of Enontekiö⁩). Deze 'metropool' is waar de echte lappen wonen en leven volgens hun oude gewoonten. Maar verwacht geen tenten of iglo's, het is gewoon één straat. Gezien er ook nauwelijks winkels te vinden zijn in de buurt kiezen we opnieuw voor een restaurant. Het ziet eruit als de gelagzaal van een Sovjet hotel uit de jaren ’70 maar het eten is heerlijk (rendier, of wat dacht je).

Daar komt de permafrost / Lofoten - Tromso

fullsizeoutput_4c4f.jpeg

Vandaag verlaten we de Lofoten en trekken voor de laatste keer richting Noord. Het plan is niet heel duidelijk, we trekken terug landinwaarts en willen richting Finland. Het weer is echter niet fantastisch en kamping zijn er niet zo veel te vinden. En wildkamperen? Dat kan in theorie, maar er zijn niet zo veel plekken mooie, rustige plekjes die ook nog bereikbaar zijn. We zijn niet in Zwitserland waar je op elke berg wel een alpenweide vind met koeien erop en dus een soort weg er naartoe. Dit is Fjorden land en we zijn zo ver Noordelijk dat elke vorm van landbouw hier zo goed als onbestaande is. Dus ook geen malse weiden voor koeien of wildkampeerders.

We maken dan maar van de nood een deugd en gaan op zoek naar het Noorwegen van de Noren. Zo stoppen we voor een lunch in ‘Det Lille Kjokken' (de kleine keuken), fastfood op zijn Noors. De tamelijk ongeïnspireerde nederzettingen langs de rest van de weg laten ons koud en we rijden door het op permafrost gebouwde Tromso. Hoewel de stad bekend staat als universiteitsstad, is de ambiance eerder bescheiden te noemen. Tijd dus om de fastfood van deze middag te compenseren met een culinair dineetje bij Emma's Drommekjokken, waar Hillary Clinton ons voor ging.

Op zoek naar de oorsprong van de vikingen (en breiwol) / Lofoten

fullsizeoutput_4c4e.jpeg

De Lofoten zijn in de eerste plaats een indrukwekkend stuk natuur. Stel je de alpen voor, die recht uit de zee oprijzen. Rondrijden over dit (schier)eiland is een genot, je kan achter elke bocht stoppen om te genieten van alweer een spectaculair uitzicht. We rijden helemaal tot in A in het Zuiden, maar niet zonder een bezoek te brengen aan het Lofotr Viking Museum. In het museum en een perfect nagebouwde herenboerderij, leer je een stukje viking geschiedenis kennen en kan je praten met enthousiaste reënactors die spinnen en weven, koken en hout bewerken zoals vroeger. Wij zagen zelfs enkele bezoekers compleet in viking outfit.

Naast het toerisme vormt stokvis de natuurlijke rijkdom van de Lofoten, niet voor consumptie door lokale Noren maar voor export naar het Zuiden. Het is de Lofoten wol die écht lokaal van pas komt om lekker warme truien te breien. Els is een beetje brei-gek (ze breide een volledige trui tijdens de lange ritten op deze reis), dus gaan we op zoek naar een winkel met authentieke lokale wol. Die ligt ergens in een dorpje in een minder bezochte uithoek van het hoofdeiland. Met een grote zak exclusieve wol achterin trekken we terug richting Noord.

Vanavond wil ik de zon niet zien ondergaan. Dat betekent niet dat we de bloemen gaan buiten zetten in de lokale disco (als die er al zou zijn), wel dat ik aan de West-kant van het eiland met zicht op zee wil logeren. Aan de Oost-kant heb je namelijk nog een gevoel van nacht omdat de zon ’s avonds achter de bergen verdwijnt. Een leuke logeerplek vinden aan zee blijkt niet zo simpel, tot we een bekend gebouwtje vlak bij de zee zien staan. Het is het 'Grunnfør bicycle shelter’ dat ook al op één van de postkaarten figureerde die we eerder kochten. Samen met nog een paar andere wildkampeerders installeren we ons met zicht op zee. Die plek is niet enkel bekend omwille van de shelter, er is ook een oude hut waar iedereen spullen achter laat of oppikt wat ontbreekt voor de reis: Rolf's Bar. Stel je er echter geen echter bar bij voor, met bediening en zo. Maar als je je eigen eten en drinken mee hebt, en het weer is slecht dan kan je vanuit de 'bar' de zon zien ondergaan (of niet zien ondergaan in de zomer).
Ik blijf een gat in de nacht kletsen met Robert, een Fransman die met zijn motor nog een paar maand onderweg zal zijn door het hoge Noorden. Ondertussen schuift de zon traag richting horizon en ik kan al inschatten waar ze terug omhoog zal komen zonder te verdwijnen achter de horizon. Met een glas Calvados blijf ik staren naar de horizon. Middernacht nadert en de lucht trekt dicht, dat betekent dat ik het keerpunt van de zon aan de horizon niet te zien zal zijn, dus ik besluit Els in de auto te vervoegen. Wat een heerlijk zen-momenten!

Op naar de Lofoten / Korgen - Svolvaer

fullsizeoutput_4c4d.jpeg

Een overnachting in een hytte gaf ons de kans om met een volledig opgedroogde auto verder Noordwaards te trekken. De Noorse Fjorden en bergen worden indrukwekkender naarmate we verder rijden en we steken de poolcirkel over in een soort maanlandschap. Bij de verplichte toeristische stop kopen we stickers als bewijs van ons bezoek aan deze mijlpaal, en vooral ook een warme jas die mij nog veel plezier zal bezorgen tijdens de frisse kampeer avonden. 

Alle Noren blijken ook in juli op vakantie te vertrekken, dat merken we niet alleen aan de massaal aanwezig campers op de weg. Er wordt normaal druk gewerkt aan de N6, maar nu staan alle machines werkeloos aan de kant. De wegenwerkers hebben voor ze zelf met zomervakantie gingen, hun fluo spuitbussen leeggespoten op de graafbak van de bulldozers. Ze wensen ons 'God Sommer’.

Rond 16u30 rollen we Skutvik binnen, een rustig havendorpje waar een ferry ons naar Svolvaer op de Lofoten zal brengen. We zijn ruim op tijd en genieten van de verplichte wachttijd die het wachten op de boot ons oplegt. Een wandelingetje, kijken naar het water, koffietje zetten, boekje lezen … Een korte ferry in vergelijking met onze bootreis uit Gent, maar het neemt toch nog twee en een half uur om naar Svolvaer te varen. Het is dan ook al na 21u als we aankomen en op zoek gaan naar eten en een plek om te slapen. We vinden een schitterend restaurant in een oude stokvis fabriek (Borsen) met heel lekkere aquavit. De strenge Noorse wetten rond alcohol en autorijden doen ons besluiten om niet meer op zoek te gaan een kampeerplek, we logeren vannacht in een wel heel comfortabele hytte. Het wordt zo’n rood houten huisje langs en ook een stukje boven het water.

We duiken Noorwegen in / Valadalen - Korgen

fullsizeoutput_4c4c.jpeg

Ontbijt in de regen, gelukkig is er de luifel en kan ons reserve zeiltje dienst doen als afdak boven het keukentje dat uit onze achterdeur schuift. Op basis van een mix van Google maps en instructies van de locals kiezen we voor een gravel weg langs bossen en meren richting Noorwegen. Het voelt als een smokkelroute door de Noordelijke bossen en meren, maar het is ook gewoon de kortste weg. Alleen wat lastig met een caravan of een ander voertuig dat niet stevig in elkaar zit. Dertig kilometer schudden en schuiven verder komen we bij de Noorse grens, het kantoortje voor de douane zal nog dertig kilometer verder richting bewoonde wereld te staan.

In Noorwegen komen we in een totaal ander, veel bergachtiger landschap terecht. We kiezen voor de efficiënte E6 verder naar het Noorden. Niet de aangenaamste keuze want deze drukke weg loopt langs de minst interessante plekken van Noorwegen. Maar er zijn hier maar twee opties: enigszins opschieten langs de hoofdweg of traag reizen langs bergen en over fjorden met talloze ferries. Wij hebben de Lofoten op het oog, en dat is nog wel een eindje, dus kiezen we voor de snelle weg.

Het regent ook de ganse dag dus karren we lekker door met als enige echte tussenstop een charmant kerkje. Zo eentje waar je in Frankrijk gewoon voorbij zou rijden, en waar hier in Noorwegen en full time conciërge zit om je wegwijs te maken. Het kerkje charmant, en we hebben vooral de huisbewaarder gelukkig gemaakt met ons bezoek.

Nat opgestaan en nat aankomen, dat motiveert niet echt om buiten in de regen een potje te koken. We kiezen dus voor een hytte op een camping bij Korgen, een chalet dus waar we die biefstuk die we uit België meebrachten op correcte wijze kunnen bakken en verorberen met een glaasje wijn.

Dubbele rendier ontmoeting / Äppelbo - Valadalen

fullsizeoutput_4c4b.jpeg

Het is nog maar het begin van de reis en de drang om te bewegen zit er nog goed in. We zijn nog niet helemaal ‘zen’, anders bleven we zeker wat langer op die paradijselijke plek. Maar er wachten ons nog drie Scandinavische landen om te ontdekken. Meer nog, vandaag doen we 500 kilometer. En de route loopt al meteen over een stukje onverhard, daar zat ik al op te wachten. We gaan steeds verder Noordelijk en richting Noorwegen, naar Valadalen. Maar eerst nog even langs de supermarkt voor provisie en vooral een vol assortiment afweermiddelen tegen muggen. Twee sprays, een wierook lint en een stuk high tech moeten de muggen, en vooral de midges, weg houden hier in het Noorden. Wat zijn Midges? Stel U een zwerm fruitvliegjes voor, die harder prikken dan de doorsnee Belgisch mug.

Voor de picnic laten we ons we ons door de toerisme borden leiden naar een waterval midden in de bossen, de Helvetesfallet. Het is wel even omrijden, gelukkig onverhard, en dan weer even stappen. Of het de moeite waard was? Laat ons zeggen dat het een goeie reden was om even te bewegen, in plaats van de ganse dag in de auto te zitten. Maar ik zou mijn reis er niet rondom heen plannen.

Hoewel we nog niet eens halfweg tot het Noordelijkste punt van Zweden zijn, is dit toch al echt de wilde natuur. Op een paar tientallen kilometers van onze eindbestemming voor vandaag, zien we plots midden op de weg een rendier staan. Vanaf dan ligt het fototoestel steeds in handbereik, want zo’n smartphone foto vanop 100 meter afstand doet de belevenis geen eer aan.

We hebben een camping gelokaliseerd in het Valadalen natuurpark (Valagarden), een indrukwekkende omgeving waar je vlot een week kan rond stappen. De regen en muggen motiveren ons om het restaurant bij de camping een bezoekje te brengen. Het mag duidelijk zijn dat dit niet het hippe Kopenhagen of trendy Stockholm is. We zijn de op één na enige gasten in het Ikea-gezellige interieur waar de moeder des huizes ons bedient in vlekkeloos Zweeds. We laten ons gaan in een grote, ‘sterke’ pint lokaal bier (3,5 vol %) en rendier ragout, onze tweede kennismaking met die dieren vandaag.

Naar het Noorden, en verder! / Gothenburg - Äppelbo

fullsizeoutput_4c4a.jpeg

Een late zonsondergang betekent meteen ook een vroege zonsopgang, we zijn dus vroeg wakker vandaag. Mede omdat we in de auto slapen en enkel echte verduistering voorzien hebben aan het voorraam en de twee eerste zijraampjes. De rest van de ramen is donker getint wat de nodige privacy garandeert, maar best veel licht binnen laat. Handdoeken tussen de ramen steken wordt dus toegevoegd aan de ‘gaan-slapen-procedure’. We passeren nog even langs Gothenburg en leren dat het een mooi stadje is, maar dan ook weer geen metropool waar je dagen kan in rond dwalen. Perfect om wat proviand in te slaan voor de picnic onderweg.

Naarmate we meer naar het Noorden van Zweden rijden evolueert de weg van een mooie snelweg, naar een tweebaansweg die bos en veld doorklieft. We hebben vandaag een 400tal kilometer op het programma staan en tegen een typische snelheid van rond de 80km/u betekent dat een dagje door rijden. Als we rond 17u in Äppelbo aankomen gaan we op zoek naar de charme camping die we in een boekje gevonden hebben. Blijkt dat dit gehucht niet groot is in aantal inwoners, maar des te groter in oppervlakte. De camping blijkt nog 40km verder te liggen, eigenlijk terug een beetje Zuidwaards. Met lichte tegenzin volg ik de GPS die steeds van gedacht lijkt te veranderen, om ons na een tijdje achter te laten bij een onbestaande weg. We rijden verder op het gevoel en de technologie blijft vreemde instructies geven. 

Als we langs een perfect gemaaid stuk gras langs de rivier passeren is onze keuze snel gemaakt: laat die camping maar zitten, we gaan wild kamperen! Blijkt dat dit een soort recreatie plek is voor toeristen, inclusief bio-toilet en houtvoorraad, die het dorp net helemaal in orde heeft gemaakt. Totale rust, een voorbij schuivende rivier en een heerlijk warm zonnetje. Perfect om de drone die ik heb meegebracht te testen, de zonnepanelen uit te stallen en voor Els om wat yoga te doen. Hilarisch wordt het als een lokale boer in een Swedish-cook-taaltje komt uitleggen dat we heel welkom zijn, en vervolgens luid lachend wat yoga bewegingen mee doet.

Ook wildkamperen op dit plekje, het adres is Ovanhenden, Appelbo, Zweden. Op het kaartje hieronder bevind het plekje zicht daar waar de rivier dichts bij de weg komt (onderaan de "U" vorm van de rivier):